project KVW.c
nieuwbouw gesloten bebouwing te Sint-Niklaas, 2022
tekst : Koen Bogaert
fotografie : Liesbet Goetschalckx
Jo Crepain (1950-2008) was een bijzonder architect met internationale erkenning.
Als jong architect stelde hij het postmoderne beeld voorop en werkte hij vooral met zichtmetselwerk in betonblokken, die hij zelf graag omschreef als 'de natuursteen van de 20ste eeuw'. In de ontwerpen van zijn beginperiode zijn de aslijnen van zijn gebouwen zowel in plan als in gevel steeds uitdrukkelijk aanwezig.
De omvang van zijn projecten kon meegroeien met zijn erkenning waarbij ook zijn vormentaal zich op een interessante manier ontwikkelde. De renovatie van het NIKO hoofdkwartier in Sint-Niklaas is daar een goed voorbeeld van. De verschillende werksferen in dit kantoorgebouw zijn dermate indrukwekkend dat het niet verwonderlijk is dat het reeds als filmlocatie werd gebruikt.
In dezelfde stad staat op de hoek van de Grote Markt en de Collegestraat ook een appartementsgebouw van zijn hand. In die periode tekent hij bouwblokken met een combinatie van blauwe hardsteen, witte bepleistering, grijs aluminium en glazen balustrades. Zoals de uitlijning van de gevelvoegen en de fijne bevestigingen van de glasplaten aantonen is elk detail fijn uitgewerkt. De geveldikte is sterk geaccentueerd en verschaft het geheel een rustige monumentaliteit. De arduinen gevelplaten verkleuren bovendien bij regenweer waardoor de dagkanten van de raamopeningen nog dieper lijken. Het bouwwerk is een zwaar gewicht dat toch mooi in toom wordt gehouden dankzij de witte crepi en de lichtgrijze ramen. Dit prachtige hoekgebouw is een in het oog springend referentiepunt op het marktplein en biedt een stevige houvast waartegen de gebouwen van de smalle straat kunnen aanleunen (referentie foto 1) .
De abdij van Roosenberg is een goed verborgen parel in de bossen van Waasmunster en is van de hand van de Nederlandse benedictijner monnik en architect Dom Hans van der Laan (1904-1991). Op de website van de abdijgemeenschap staat een fiere omschrijving van het gebouw :
De expressieve architectuur die op mathematische basis werd gecomponeerd, is gekenmerkt door vormzuiverheid, gezochte eenvoud en een ritmische ruimtelijke ordening die een aangrijpende schoonheid en rust laten ervaren. De esthetische beleving van ruimte en vorm staat ook sterk in relatie met het sublieme samenspel van 'binnen' en 'buiten' en 'open' en 'gesloten'.
Deze tijdloze architectuur vormt een zeldzaam en gaaf voorbeeld van een hedendaags Gesamtkunstwerk. Ook de door Hans van der Laan ontworpen kunstzinnige interieuruitrusting en aanpalende tuinen versterken de harmonie en de ruimtelijke samenhang.
De weldoordache lichtinval in de precies afgemeten ruimten en het consequent gebruik van harmonieuze materialen, kleuren en texturen maken van de abdij een meesterwerk. Voor de bouwmeester is vermoedelijk het spreekwoord "in de beperking toont zich de meester" uitgevonden. Het is een understatement om te stellen dat de uitvoering van de kleine traphal met zenitaal licht reeds veel ontwerpers heeft geïnspireerd (referentie foto 2).
De bouwheer KVW.c wou terug in de stad komen wonen en heeft jaren gezocht naar een geschikte locatie in de binnenstad. Het kleine perceel met 2 vervallen woningen in de Collegestraat had de nodige troeven om een nieuw modern oudherenhuis te kunnen bouwen : voldoende breedte en toegelaten bouwhoogte en een zuidwest gerichte achtergevel die uitkijkt op een achterliggende grote private stadstuin. Op de gelijkvloerse verdieping zit een carport, een verhuurappartement en de inkom voor de bovenliggende woning. Enkele basiskenmerken van de 2 vermelde referenties dienden als inspiratiebron voor dit project.
Als jong architect stelde hij het postmoderne beeld voorop en werkte hij vooral met zichtmetselwerk in betonblokken, die hij zelf graag omschreef als 'de natuursteen van de 20ste eeuw'. In de ontwerpen van zijn beginperiode zijn de aslijnen van zijn gebouwen zowel in plan als in gevel steeds uitdrukkelijk aanwezig.
De omvang van zijn projecten kon meegroeien met zijn erkenning waarbij ook zijn vormentaal zich op een interessante manier ontwikkelde. De renovatie van het NIKO hoofdkwartier in Sint-Niklaas is daar een goed voorbeeld van. De verschillende werksferen in dit kantoorgebouw zijn dermate indrukwekkend dat het niet verwonderlijk is dat het reeds als filmlocatie werd gebruikt.
In dezelfde stad staat op de hoek van de Grote Markt en de Collegestraat ook een appartementsgebouw van zijn hand. In die periode tekent hij bouwblokken met een combinatie van blauwe hardsteen, witte bepleistering, grijs aluminium en glazen balustrades. Zoals de uitlijning van de gevelvoegen en de fijne bevestigingen van de glasplaten aantonen is elk detail fijn uitgewerkt. De geveldikte is sterk geaccentueerd en verschaft het geheel een rustige monumentaliteit. De arduinen gevelplaten verkleuren bovendien bij regenweer waardoor de dagkanten van de raamopeningen nog dieper lijken. Het bouwwerk is een zwaar gewicht dat toch mooi in toom wordt gehouden dankzij de witte crepi en de lichtgrijze ramen. Dit prachtige hoekgebouw is een in het oog springend referentiepunt op het marktplein en biedt een stevige houvast waartegen de gebouwen van de smalle straat kunnen aanleunen (referentie foto 1) .
De abdij van Roosenberg is een goed verborgen parel in de bossen van Waasmunster en is van de hand van de Nederlandse benedictijner monnik en architect Dom Hans van der Laan (1904-1991). Op de website van de abdijgemeenschap staat een fiere omschrijving van het gebouw :
De expressieve architectuur die op mathematische basis werd gecomponeerd, is gekenmerkt door vormzuiverheid, gezochte eenvoud en een ritmische ruimtelijke ordening die een aangrijpende schoonheid en rust laten ervaren. De esthetische beleving van ruimte en vorm staat ook sterk in relatie met het sublieme samenspel van 'binnen' en 'buiten' en 'open' en 'gesloten'.
Deze tijdloze architectuur vormt een zeldzaam en gaaf voorbeeld van een hedendaags Gesamtkunstwerk. Ook de door Hans van der Laan ontworpen kunstzinnige interieuruitrusting en aanpalende tuinen versterken de harmonie en de ruimtelijke samenhang.
De weldoordache lichtinval in de precies afgemeten ruimten en het consequent gebruik van harmonieuze materialen, kleuren en texturen maken van de abdij een meesterwerk. Voor de bouwmeester is vermoedelijk het spreekwoord "in de beperking toont zich de meester" uitgevonden. Het is een understatement om te stellen dat de uitvoering van de kleine traphal met zenitaal licht reeds veel ontwerpers heeft geïnspireerd (referentie foto 2).
De bouwheer KVW.c wou terug in de stad komen wonen en heeft jaren gezocht naar een geschikte locatie in de binnenstad. Het kleine perceel met 2 vervallen woningen in de Collegestraat had de nodige troeven om een nieuw modern oudherenhuis te kunnen bouwen : voldoende breedte en toegelaten bouwhoogte en een zuidwest gerichte achtergevel die uitkijkt op een achterliggende grote private stadstuin. Op de gelijkvloerse verdieping zit een carport, een verhuurappartement en de inkom voor de bovenliggende woning. Enkele basiskenmerken van de 2 vermelde referenties dienden als inspiratiebron voor dit project.
















